Als eerste proberen we te achterhalen wat er aan de hand is. We beginnen daarom met onderzoek. Dit noemen we ook wel de onderzoeksfase. Dit duurt meestal zo’n zes tot acht weken. Daarna start de behandeling. De duur hiervan is meestal tien tot twaalf maanden en langer als dat nodig is. We richten ons hierbij op de drie leefwerelden van de jongere: school, thuis en in de vrije tijd. Zowel binnen als buiten school bieden we hulp.
We werken nauw samen met de jongere, ouders, leerkrachten en mogelijke andere belangrijke personen en hulpverleners die betrokken zijn bij het gezin. Samen proberen we één plan te maken. We kijken hierbij naar wat er goed gaat en wat er beter kan.
Dit doen we:
- Jongeren: We begeleiden de jongere op school met individuele gesprekken en activiteiten. Dit doen we op het gebied van gedrag, emoties en schoolse vaardigheden. Als het nodig is begeleiden we de jongere ook thuis of buiten school.
- Ouders: We steunen de ouders in het contact met de school van hun kind. Samen met de ouders kijken we thuis of we kunnen ondersteunen. Zoals bij vragen over de manier hoe zij en hun kind omgaan met dagelijkse situaties en de bijbehorende emoties. Dit noemen we ook wel opvoedvragen. We gaan regelmatig langs bij het gezin.
- School: Wij werken samen met de leerkrachten om te kijken hoe ze de jongere kunnen ondersteunen in en buiten de klas.
Meestal bieden we na onze hulpverlening nog nazorg met begeleiding en ondersteuning.