Zorgbemiddelaar Annette van Tol en Pedagogisch medewerker Petrit Morina over de opname van Mark* (14) op Harreveld.
De tijd dringt als Marks aanmelding bij Annette op de Regionale Experttafel ligt. De woedeaanvallen en angsten van Mark, bekend bij diverse hulpverleners, nemen toe en bovendien weigert Mark naar school te gaan. Gezinsopname luidt het advies van het team. Wanneer dit niet van de grond komt blijkt uithuisplaatsing nodig. Het team weet: dit lukt met Mark niet in een open groep. Ingrijpen is echt nodig, de zorgen over de veiligheid van Mark, zijn moeder en broer nemen toe. Annette: ‘Waar is Mark mee geholpen? Die vraag was moeilijk te beantwoorden. Alle standaardzorg was al geprobeerd.’
Het team en moeder besluiten uiteindelijk samen dat een opname op Harreveld nodig is. Moeder moet hiervoor toestemming geven. Een voor haar onmogelijke taak. Het voelt alsof ze haar zoon verraadt. Annette: ‘Er moest iemand komen die zei: “Het is moeilijk, maar we gaan het zo doen.”’ De kinderrechter spreekt daarom een ondertoezichtstelling (OTS) en een machtiging uithuisplaatsing (MUHP) uit.
‘Harreveld blijft – voor nu – nodig’
In 2025 moet de gesloten jeugdhulp kleinschalig werken. In 2030 moet het aantal plaatsingen gereduceerd zijn tot nul. Dat is de wens van het kabinet. Plaatsing van jongeren zoals Mark – zonder strafblad – staat hier haaks op. Annette: ‘Wie roept dat Harreveld dicht moet miskent de locatie en de deskundigheid van medewerkers zoals Petrit. De open jeugdhulp is nog onvoldoende toegerust voor deze doelgroep. Specialistische zorg zoals Harreveld blijft – voor nu – nodig.’ Petrit: ‘Als het in een open setting, ondanks interventies, niet lukt dan is gesloten plaatsing toch een logisch vervolg? Harreveld is geen eindstation, maar een nieuwe start.’ Petrit ziet plaatsingen zoals deze als patroon doorbrekend: ‘Wanneer ouders en kind elkaar negatief beïnvloeden – kind reageert agressief, ouders bewegen mee om de rust te bewaren – doorbreek je die cirkel door het systeem tijdelijk uit elkaar te halen. Dat geeft rust. Voor iedereen.’ Annette: ‘Wij leren van Harreveld: Wat werkt wél? Ik vind het zo mooi te horen dat Mark weer naar school gaat.’

‘Mark vraagt meer uitleg’
Petrit: ‘Mark is een vriendelijke jongen, maar onduidelijkheid maakt hem angstig. Die angst maakt hem agressief. Wij hebben het geduld en de knowhow om Mark steeds weer uitleg te geven. Al vraagt hij het tien keer, dat is prima.’ Harreveld biedt Mark structuur. Petrit: ‘Ik denk altijd twee stappen vooruit op Mark. Ik ken zijn dagprogramma en bereid hem daarop voor. Vandaag heeft hij bijvoorbeeld bezoek van moeder. Dan leg ik uit: “Je gaat je moeder zien, maar moet ook weer afscheid nemen. Dat maakt je verdrietig of boos. Dat is normaal. Bij het afscheid geef je mama een knuffel en loop je met mij mee. Schoppen, schelden of slaan? Dat doet we niet.”’ Petrit maakte met Mark een signaleringsplan: ‘Dat doen we voor onszelf zodat we inzicht krijgen in Marks gevoelens en gedrag. En dat doen we voor Mark zodat hij leert omgaan met zijn emoties. Door signalen steeds te bespreken gaat hij zelf nadenken en voelen waar zijn grenzen liggen.’
‘Moeder vertrouwt ons’
De jeugdbeschermer bepaalt – zo veel mogelijk – samen met Mark, moeder en Harreveld hoe de hulpverlening eruit komt te zien. Annette: ‘Dankzij de jeugdbeschermer blijft moeder in haar moederrol. Dit houdt de relatie met Mark intact. Er is niets buiten moeder om besloten. Ze is overal in meegenomen. En dat blijven wij doen. Moeder staat achter de plaatsing en dat maakt de samenwerking makkelijker. Petrit: ‘Ik pak dan toch sneller de telefoon voor overleg. Samen met moeder vond Petrit bijvoorbeeld een oplossing voor de daginvulling: ‘Mark wilde in zijn vrije tijd steeds dezelfde dingen doen. Pingpong bijvoorbeeld. Natuurlijk maak ik daar zoveel mogelijk tijd voor, maar als dat niet lukte ging Mark zich vervelen. Hij kwam dan in een negatieve spiraal, keerde in zichzelf en sloot zich af.’ Moeder vertelt Petrit dat Mark gek is op dieren. Petrit: ‘Wij hebben een weide met eenden, kippen en een Vlaamse reus. Daar gaat Mark nu iedere dag naartoe.’
‘Kom eens kijken’
Petrit krijgt nog regelmatig berichtjes van oud-mentorkinderen: ‘Als ik hoor dat een jongere werkt of naar school gaat ga ik als een blij man naar huis.’ Kritiek op het systeem legt Petrit naast zich neer: ‘Mensen zeggen zoveel. “Kom eens kijken” zeg ik dan.’ Annette: ‘Het is bewonderenswaardig hoe dit gezin overeind bleef. Ik hoop echt dat Harreveld voor allemaal een keerpunt is en dat het licht weer gaat schijnen. Dat wil ik Mark graag zeggen.’ Petrit sluit aan bij Annette: ‘Mark, heb vertrouwen in jezelf, je moeder en het systeem. Wij vinden voor jou een plek in deze maatschappij.’
*De naam Mark is gefingeerd.